Mitsen en Maren
Afgelopen week stond er weer een controle gepland in het ziekenhuis. Urologie dit keer. Na bijna 3 jaar weet ik dat dit soort ziekenhuisbezoeken niet zelden anders lopen dan ik denk. Wennen doet dat echter niet. Waarom moet er toch altijd ‘nog even dit’ en daarna ‘nog even dat’? En waarom ga je nou nooit eens een keer naar huis met alleen goed nieuws? Altijd, in elk gesprek, volgen ze: de mitsen en de maren.
Precies op tijd kom ik met Bommel binnen. Mijn standaard vraag aan de persoon achter de balie is of de afspraken uitlopen. Het net zo standaard antwoord is: “Ja.”. We nemen de verplichte administratieve zaken door en net als ik naar de wachtruimte wil gaan, komt verrassing nummer 1: “Ik wil nog wel graag even een plaszakje plakken bij Bommel”. Het blijkt standaard procedure te zijn. Zo standaard dat het niet van te voren gemeld wordt. Net als verrassing nummer 2: bloeddruk meten. Ons bezoek kan nu al niet meer stuk…!
Niet relaxed
De mannelijke verpleger is overtuigd van zijn relaxte uitstraling, want de 2 kindjes hiervoor bleven ook super kalm toen hij de 2 verrassingen bij hen ten uitvoer bracht. Mijn weerwoord dat dit bij Bommel echt niet zal gaan gebeuren hoort hij niet eens. Ik heb echter niks teveel gezegd, want op het moment dat mij wordt gevraagd of ik ‘even’ haar benen wil vasthouden, begint ze al te sputteren. Het gesputter gaat over in hysterisch verzet. ‘Rustig over je heen laten komen’ kent Bommel niet. Zeker niet als er iemand, die zelf overduidelijk niet over vrouwelijke geslachtsdelen beschikt, met plakkers zit te porren alsof hij ze bij een gevoelloze oefenpop aanbrengt. Arme Bommel.
Het daadwerkelijke consult is nog niet eens geweest en Bommel is al compleet over de rooie. Top! Gelukkig lukt het om de afspraak te maken dat we het bij 1 poging houden met de bloeddrukmeting. Bommel draait zich al huilend richting de verpleger en huilt even flink vanuit haar tenen recht in zijn gezicht. Haar redding! Zelfs deze ‘chill’ verpleger gooit de handdoek in de ring. Hij ziet af van de meting. Zijn relaxte uitwerking op de kinderen bij de poli is ten einde…!
Krokodillenecho
Ik loop met een nog na-snikkende Bommel naar de wachtkamer. Iedereen kijkt me aan. Ze hebben allemaal kunnen meegenieten van de marteling (zo klonk het) in het kamertje achter de balie. Ben je blij mee als je dan nog naar dat kamertje moet met jouw kind..!
Het consult verliep prima. De echo daarentegen was weer spectaculair. Ooit wel eens een natuurdocumentaire gezien over een krokodil? Deze vangt zijn prooi en doet vervolgens zijn ‘death roll’ om deze in bedwang te houden en te verorberen. Nou…, dat was Bommel op de behandeltafel tijdens de echo. Huilend, schoppend en rollend om maar onder dat verdraaide apparaat uit te komen. Helaas zonder resultaat.
Bevindingen
Na dit hele stressvolle avontuur was het tijd voor de bevindingen. Het goede nieuws is dat we mogen stoppen met de onderhoudsantibiotica. Heel fijn maar toch ook spannend. Tijd om blij of opgelucht te zijn heb ik niet. Want andere zaken als verminderde nierfunctie (1 nier 30%), 1 (te) kleine nier, risico op te hoge bloeddruk, vocht-intake en zindelijkheidsvraagstukken vliegen me om mijn oren.
In de auto op weg naar huis is het krokodilletje terug getransformeerd in het troetelbeertje dat ik zo goed ken. Bommel is weer oké. Ik niet. Ik worstel met de complexiteit van het zorgintensieve bestaan. Niks is alleen maar “Ja”, “Goed” of “Opgelost”. Er hangt van alles aan vast waar je dan alsnog alert op moet blijven en wat zich potentieel-allemaal-nog-zou-kunnen-gaan-ontwikkelen. Altijd, in elk consult, gesprek en onderzoek, zijn ze er: de mitsen en de maren.
Mits ze gebruikt worden voor het brengen van goed nieuws mogen ze blijven,
Maar anders mogen ze wat mij betreft worden afgeschaft!